Een stel stenen en een goede fundering? Dat is niet voor iedereen weggelegd. Sommigen houden nu eenmaal van de vrijheid van het wonen op een woonboot, terwijl anderen houden van de gezellige woonomgeving in het hartje van de stad. De wereld van de woonboten kent echter een aantal eigen specifieke beperkingen en problemen, zo was het tot voor kort onmogelijk om een hypotheek te vestigen op boten. Daarnaast is een goed onderhoud van een woonboot nog belangrijker dan bij een woning. Zo’n woonboot ligt nu eenmaal helemaal vrij en is voortdurend onderhevig aan zon, water en wind. Net daarom geef ik je vier tips voor het onderhoud van de woonboot.
# 1. Houd je woonboot ijsvrij
Gelukkig voor bootbewoners zijn echt strenge winters tegenwoordig een uitzondering. Toch blijft het belangrijk om de woonboot ijsvrij te houden. Dik ijs voert immers een hoge druk uit op de wand van de woonboot, waardoor er onderaan de bak scheuren kunnen ontstaan. Vroeger was het belangrijk om in te grijpen wanneer de ijsblokken dikker werden dan twintig centimeter, maar tegenwoordig worden veel woonboten steviger gebouwd en kunnen ze wel tegen een stootje. Dan lijkt ijs verwijderen misschien niet zo belangrijk, maar houd er rekening mee dat ijs net zoals een scheermesje de bitumen- of teerlaag van je boot schraapt of roeste klinknagels uit drukt. Je woonboot steeds ijsvrij houden, blijft dan ook de boodschap.
# 2. Bescherm de woonboot tegen aanwas
Niet alleen weersverschijnselen tasten je boot aan, maar ook micro-organismen en algen kunnen dat doen. Zij zetten zich vast op de scheepsromp en kunnen roest veroorzaken. Dat wil je natuurlijk niet en daarom neem je maar beter een aantal maatregelen, antifouling genaamd. Een goede antifoulingverf aanbrengen is bijvoorbeeld een aanrader. Hierbij heb je de keuze tussen verschillende antifoulingverven. Vooral zelfpolijstende antifoulingverven en fouling release-coatings krijgen daarbij de voorkeur, maar zijn wel iets duurder dan de biocideverven die vroeger vaak werden gebruikt.
# 3. Met de woonboot naar het droogdok
Wel vaker is de man des boots een doe-het-zelver of wordt hij dat noodgedwongen. Dat helpt natuurlijk de kosten te drukken. Toch zal je nog steeds af en toe naar het droogdok moeten, waar ze de woonboot grondig nakijken en de teerlagen aanbrengen. Ook verzekeraars zullen zo’n groot onderhoud eisen en dit elke vijf jaar. De trip naar het droogdok is eveneens noodzakelijk voor het verkrijgen van een vlakrapport, wat dan weer nodig is voor je ligplaats. Geen goedkoop tripje, waardoor lang niet iedereen zich zo’n woonboot kan permitteren.
# 4. Schenk aandacht aan de technische installatie
Een woonboot heeft vaak een aantal technische kantjes die eigen zijn aan het leven op water. Zo is er bijvoorbeeld de rioolpomp die bijna voortdurend aandacht vergt. Daarnaast zijn er de vele detectoren die waterlekken opsporen. Is er bovendien sprake van een automatische afsluiter? Dan vergt ook dat weer extra onderhoud. Dit allemaal naast de klassieke technische installatie die je van warm water en verlichting voorziet. Waar je bij een woning de elektricien belt eenmaal het licht het niet doet, moet je bij een woonboot preventief controleren. Onderwerp de technische installatie dan ook minstens jaarlijks aan een uitgebreide inspectie of doe hiervoor een beroep op een gespecialiseerde firma.