DELEN

Volgens sommige verzekeraars zou een individuele pensioentoezegging fiscaal interessanter zijn indien het niet over een gegarandeerd rendement beschikt. Volgens andere verzekeraars is een individuele pensioentoezegging voor de werknemer net wel interessanter wanneer het over een gegarandeerd rendement beschikt. Wat is daar nu van aan en hoe moet je deze IPT’s vergelijken?

Individuele pensioentoezegging met rendementsgarantie

Meestal kiest men inderdaad voor een individuele pensioentoezegging waarbij de werknemer of zelfstandige zowel een kapitaal- als een rendementsgarantie krijgt. Dat geeft hen een maximale zekerheid:

  • Individuele pensioentoezegging met kapitaalgarantie: op de eindvervaldag ontvangt de verzekerde minimaal de som van de gestorte premies na aftrek van kosten, taksen en eventuele premies.
  • Individuele pensioentoezegging met rendementsgarantie: de verzekeraar waarborgt dat de stortingen minimaal een bepaald rendement zullen behalen.

Daarbovenop ontvangt de verzekerde ook nog eens een winstdeelname afhankelijk van het gerealiseerd rendement (indien dit hoger is dan het gegarandeerd rendement). De verzekeraar hanteert hierbij een verdeelsleutel waardoor niet het volledig gerealiseerd rendement als winstdeelname wordt toegekend, hoewel dit wel het leeuwendeel inneemt.

In de praktijk zal de winstdeelname lager uitvallen dan bij een individuele pensioentoezegging zonder garantie, omdat de verzekeraar steeds rekening moet houden met de onzekere toekomstige opbrengsten. De verzekeraar gaat als het ware een reserve aanleggen voor de jaren waarin het gegarandeerd rendement het gerealiseerd rendement zal overschrijden.

Individuele pensioentoezegging met enkel een winstdeelname

Bij dit type polis is er geen rendementsgarantie voorzien, maar wel een kapitaalgarantie. Hierdoor ben je niet zeker over wat de individuele pensioentoezegging zal opbrengen. In de praktijk zal de winstdeelname wel steeds hoger zijn, omdat de risico’s voor de verzekeraar beperkter zijn. Wanneer de economie het goed doet, zal zo’n individuele pensioentoezegging de werknemer of zelfstandige meer opleveren. Tijdens een economische crisis geldt dan weer het omgekeerde.

Garantieloze individuele pensioentoezegging fiscaal interessanter

Het klopt inderdaad wel dat deze individuele pensioentoezegging fiscaal interessanter is. Het gedeelte dat immers door winstdeelname werd opgebouwd, is niet onderhevig aan een eindbelasting van 10%. Wat verzekeraars er echter vergeten bij te vertellen, is dat de verzekeraar zelf een verzekeringstaks van 9,25% op de toegekende winstdeelnames moet betalen. En die 9,25% houdt het natuurlijk bij de bron in. Het verschil is hierdoor heel beperkt. Op het einde van de rit zal deze individuele pensioentoezegging fiscaal interessanter zijn, maar het verschil op 15 jaar bedraagt over het algemeen slechts enkele euro’s. En dan moet je je de vraag stellen of je daarvoor wel extra risico wilt lopen.

IPT vergelijken: welke individuele pensioentoezegging kies ik?

Hoewel de tweede individuele pensioentoezegging fiscaal interessanter is, is het verschil te beperkt om het in aanmerking te nemen. Net zoals bij elke belegging moet je je dan ook vooral afvragen hoeveel risico je wilt lopen, wetende dat een hoger risico in potentieel hogere rendement kan resulteren, maar dat ook het tegendeel waar kan zijn.

In de praktijk is het vooral afhankelijk van de duur van het contract. Wie jong is, kiest het beste voor een individuele pensioentoezegging zonder rendementsgarantie. Eventuele verliezen worden dan steeds opgevangen door winsten op lange termijn, zoals studies het ook aantonen. Wie al ouder is en maar tien of minder ‘spaarjaren’ voor de boeg heeft, kiest beter voor een individuele pensioentoezegging met rendementsgarantie. Slechte resultaten wegen door de korte termijn dan zwaarder door en kan je op lange termijn niet compenseren.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here